06.07.2016
Beste Vrienden,
De renners in de Ronde van Frankrijk weten het al lang: de koers wordt gewonnen in bed. (En misschien ook met EPO.) Mijn pubers op de tennisclub moet ik ook niet overtuigen dat rust de belangrijkste training is. Maar, inderdaad, er zit wetenschap achter die uitspraken.
De meeste atleten slapen zeer veel en dutjes zijn geen uitzondering. Voldoende nachtrust zorgt er niet alleen voor dat de beoogde trainingskwaliteit bereikt wordt, het verhoogt tevens het trainingsrendement en vermindert de kans op blessures. Acht jaar geleden bestudeerde ik dit al met enkele thesisstudenten, maar wegens andere prioriteiten heb ik het L.O.O.P.-onderzoek (Leuvens Onderzoek Over slaap en blessures in het trainingsProces) nooit gefinaliseerd in een officiële publicatie. Ondertussen verschijnen er wel regelmatig studies over slaap als efficiëntste herstelmechanisme. Slaap is de beste doping.
Voldoende nachtrust is echter niet alleen belangrijk voor ‘atleten’, maar het wordt wel miskend onder de algemene bevolking. Zestig uur per week werken en maar 5 uur per etmaal slapen, dat is niks om prat op te gaan. Er is een duidelijk verband tussen slaaptekort en pakweg overgewicht of verhoogde bloeddruk. Te weinig slapen resulteert in ziek worden. In feite, en bij uitbreiding, is niet alleen nachtrust maar zijn alle vormen van (mentale) rust cruciaal voor een goede gezondheid. Stress is a silent killer. Gezondheid valt of staat met een goede balans tussen inspanning en herstel, tussen alle vormen van belasting en van belastbaarheid.
Ik werk al vele jaren samen met Jos Vermylen, cardioloog en sportkeuringsarts. Hij zegt ook wel vaker dat je de meeste mensen niet moet leren in-spannen, maar vooral moet leren ont-spannen. Ik ben in principe inspanningsfysioloog, ik neem ‘conditietesten’ af (en stel vragen) om inzicht te krijgen in de het functioneren van de mensen en om suggesties naar verdere trainingsaanpak te kunnen formuleren. Niet zelden komt dat trainingsadvies neer op less is more. Een inspanningsfysioloog is vaak een rustfysioloog en moedigt niet zomaar aan om meer te trainen. Maar soms hebben doel-stellingen wel eens bij-stelling nodig: een marathon lopen op een voorbereiding van 20 km per week, of een ironman met 4 trainingen per week, daar doen we niet aan mee. Eén of twee keer per week aan sport doen, laat staan aan zeer hoge intensiteit, oftewel dus weekend warrior-gedrag, dat is niet echt wat we bedoelen met ‘medisch verantwoorde sportbeoefening’.
Met sportieve groeten,
Karel
#TrainHardButSmart
De renners in de Ronde van Frankrijk weten het al lang: de koers wordt gewonnen in bed. (En misschien ook met EPO.) Mijn pubers op de tennisclub moet ik ook niet overtuigen dat rust de belangrijkste training is. Maar, inderdaad, er zit wetenschap achter die uitspraken.
De meeste atleten slapen zeer veel en dutjes zijn geen uitzondering. Voldoende nachtrust zorgt er niet alleen voor dat de beoogde trainingskwaliteit bereikt wordt, het verhoogt tevens het trainingsrendement en vermindert de kans op blessures. Acht jaar geleden bestudeerde ik dit al met enkele thesisstudenten, maar wegens andere prioriteiten heb ik het L.O.O.P.-onderzoek (Leuvens Onderzoek Over slaap en blessures in het trainingsProces) nooit gefinaliseerd in een officiële publicatie. Ondertussen verschijnen er wel regelmatig studies over slaap als efficiëntste herstelmechanisme. Slaap is de beste doping.
Voldoende nachtrust is echter niet alleen belangrijk voor ‘atleten’, maar het wordt wel miskend onder de algemene bevolking. Zestig uur per week werken en maar 5 uur per etmaal slapen, dat is niks om prat op te gaan. Er is een duidelijk verband tussen slaaptekort en pakweg overgewicht of verhoogde bloeddruk. Te weinig slapen resulteert in ziek worden. In feite, en bij uitbreiding, is niet alleen nachtrust maar zijn alle vormen van (mentale) rust cruciaal voor een goede gezondheid. Stress is a silent killer. Gezondheid valt of staat met een goede balans tussen inspanning en herstel, tussen alle vormen van belasting en van belastbaarheid.
Ik werk al vele jaren samen met Jos Vermylen, cardioloog en sportkeuringsarts. Hij zegt ook wel vaker dat je de meeste mensen niet moet leren in-spannen, maar vooral moet leren ont-spannen. Ik ben in principe inspanningsfysioloog, ik neem ‘conditietesten’ af (en stel vragen) om inzicht te krijgen in de het functioneren van de mensen en om suggesties naar verdere trainingsaanpak te kunnen formuleren. Niet zelden komt dat trainingsadvies neer op less is more. Een inspanningsfysioloog is vaak een rustfysioloog en moedigt niet zomaar aan om meer te trainen. Maar soms hebben doel-stellingen wel eens bij-stelling nodig: een marathon lopen op een voorbereiding van 20 km per week, of een ironman met 4 trainingen per week, daar doen we niet aan mee. Eén of twee keer per week aan sport doen, laat staan aan zeer hoge intensiteit, oftewel dus weekend warrior-gedrag, dat is niet echt wat we bedoelen met ‘medisch verantwoorde sportbeoefening’.
Met sportieve groeten,
Karel
#TrainHardButSmart